vrijdag 8 juni 2012

Zuidafrikaanse bodem



Begin dit jaar mocht ik er weer voet op zetten, de bodem waar vele geweldige wijnen vanaf komen. Ik schat in totaal wel ruim achtduizend wijnen. In de twee weken dat ik er was, kwam ik overigens meer olifanten dan wijnen tegen. Het Krugerpark is het domein van de olifant. De Westkaap, omgeving Kaapstad is dat van de wijn. Olifanten en wijnen doen het beiden behoorlijk goed. De olifant wegens het ontbreken van natuurlijke vijanden.En de wijn omdat de kwaliteit en variëteit zeer in de smaak valt. Ik merk bij wijnspecialisten en deelnemers aan mijn proeverijen, dat mensen meestal aangenaam verrast worden door wijnen van Zuidafrikaanse bodem.

WENNEN
Als je houdt van “anders dan hier”, dan kun je goed terecht in Zuid-Afrika. Voorbeelden: eeuwenoude wijnbouw, bavianen voor je wielen, smeulende stukken bushveld, droge hete zomers, dirtroads, mensen met felgekleurde parasols langs de provinciale weg, de enorme dimensies (het Krugerpark alleen al beslaat half Nederland), imposante bergketens, links rijden (op een enkele toerist op een stille weg na). En in de auto zit bijna alles verkeerd-om; versnellingspook, ruitenwisser, richtingaanwijzer, stuur. Bijzonder, maar wel even wennen.

Ook binnen Zuid-Afrika  zijn er grote  verschillen, bijvoorbeeld klimatologische. Een dag voor vertrek was er in het Krugerpark, in het noordoosten van Zuid-Afrika, zeer veel regen gevallen. Bruggen waren overspoeld, beschadigd en delen van het park onbereikbaar. Niets van dat al zo’n 1600 kilometer verderop in het zuidwesten, in het wijngebied rond Kaapstad, waar ik een week verbleef.

WIJNEN
In het wijngebied valt de meeste regen ’s-winters, in de zomer regent het praktisch niet.
Heerlijk om er dan te zijn. In 6 dagen tijd wijdde ik me volledig aan de wijnen, bezocht 21 wijnhuizen en proefde vele wijnen. Elke dag om 6.30 uur opstaan en na een verkwikkende duik in een zwembad, ontbijt en routeplanning, om 8.00uur op wijnpad. Ik overnachtte onder meer bij 2 wijnhuizen die op bezoekers zijn ingesteld met gastenverblijven (Manley in Tulbagh en Mooi Bly in Paarl), Ik licht nu 2 wijnhuizen even uit.

Wijnmaker Stefan Hartmann van Manley kent zijn slechts 7 ha wijngaarden op z´n duimpje en gaf mij een leerzame rondleiding.
De waterbehoefte van de wijnstokken wordt met sondes in de keiharde kleisteengrond gemeten en er wordt spaarzaam geïrrigeerd om de druiven goed te concentreren, voor meer smaak. De pinotage-druiven hebben een vrij dunne schil en dat maakt ze gevoelig voor zonnebrand. 
"Factor 30" gebruiken bij druiventrossen werkt niet. 

Daarom houdt hij het bladerdek bij de pinotage wat dichter, zodat extra schaduw de compacte trossen beschermt. Daarbij helpt ook de oost-west aanplant van de rijen wijnstokken.
”Hens and chickens” is Stefan’s uitdrukking voor millerandage, een ongelijkmatige groei van de druiven, met als gevolg grote- (hens) en kleine (chickens) besjes aan een tros. Dit is slechts eén ongemak van vele, waar een wijnmaker/ wijngaardenier mee  te maken heeft. Ondanks al het ongemak tóch knappe wijnen maken, is de kunst…. En gesproken over:

ONGEMAK
Heb  je ook weleens behoefte aan een minder alcoholische, lichter verteerbare wijn? Bijvoorbeeld omdat je minder fris ontwaakt dan je wilt of omdat je zo snel “op je kop staat”? Vaak krijg ik te horen dat daar behoefte aan is.
Het is even zoeken, maar dit soort wijnen is wel te vinden. Zo vroeg ik 3 jaar geleden aan Christine Stevens van Mountain Oaks Winery in de mooie Slanghoek-Vallei, om een droge rosé, met minder alcohol. Daar voelde ze wel wat voor. Ze maakte een blend van shiraz- en viognier druiven die ze in december bottelde.

In de tussentijd schreef deze enthousiaste kokkin een receptenboek en een boek waarin zij de gebeurtenissen op haar farm van maand tot maand gedurende een jaar beschrijft. 

Bij mijn bezoek aan haar in februari mocht ik de rosé proeven. 
Ik raakte enthousiast, niet alleen vanwege het lage alcohol percentage van 11,5%, maar ook om de smaak, het feit dat zij wilde ( in de wijngaard voorkomende) gisten het werk laat doen, geen sulfiet toevoegt, en biologisch werkt.

Twee weken geleden ontving ik 240 flessen van deze rosé (slechts 2000 geproduceerd), waarvan ik enkele glaasjes bij een Hollandse “braai” met vrienden goed heb doorgeproefd. De ochtend daarna stond ik vrij vroeg op, om half acht, en raad eens: geen ongemak!